Wat doet een transformator?
Een transformator zet elektrische spanning om met behulp van elektromagnetische inductie. Dit gebeurt zonder bewegende onderdelen, waardoor het proces efficiënt en betrouwbaar is.
Een transformator bestaat uit:
- Een primaire spoel (waar de oorspronkelijke spanning binnenkomt)
- Een secundaire spoel (waar de nieuwe spanning uitkomt)
- Een kern van ijzer (die het magnetisch veld geleidt)
Zodra er stroom door de primaire spoel loopt, ontstaat er een magnetisch veld dat een spanning opwekt in de secundaire spoel. De verhouding tussen het aantal windingen in de spoelen bepaalt of de spanning verhoogd of verlaagd wordt.
Van zonnecentrale naar bedrijf: een praktijkvoorbeeld
Stel, een zonnecentrale wekt energie op. Die stroom heeft een relatief lage spanning, bijvoorbeeld 400 volt. Maar om efficiënt over lange afstanden vervoerd te worden, moet die spanning flink omhoog. Een step-up transformator verhoogt de spanning naar bijvoorbeeld 10.000 of 20.000 volt, zodat de stroom zonder grote verliezen het elektriciteitsnet in kan.
Een bedrijf dat deze duurzame stroom afneemt, kan er echter niets mee in deze hoge spanning. Daarom wordt de energie via een step-down transformator weer verlaagd naar een bruikbare spanning, bijvoorbeeld 400 of 230 volt, zodat machines, verlichting en computers ermee kunnen werken.
- Step-up transformator → verhoogt spanning (bijvoorbeeld van zonnecentrales naar het net)
- Step-down transformator → verlaagt spanning (van het net naar bedrijven en huishoudens)