De energiemarkt: wie doet wat, en waarom?
De energiemarkt is inmiddels een veelbesproken onderwerp. Maar wist je dat je eigenlijk niet kunt spreken van “dé energiemarkt”? Er zijn namelijk heel veel verschillende markten waarop gehandeld wordt in elektriciteit en gas. In dit artikel gaan we dieper in op de elektriciteitsmarkten in Nederland. Welke zijn dit? Wie handelt daarop? En hoe werken deze markten? Dat leggen we je graag uit.
1. Bijna iedereen kent de traditionele energieleveranciers. Maar er zijn meer belangrijke spelers in de elektriciteitsmarkt. Denk aan producenten, netwerkbedrijven en balansverantwoordelijken. Al deze spelers vervullen hun eigen rol binnen verschillende energiemarkten. Dat brengt ons gelijk op punt 2.
2. Er is niet maar één markt voor energie. Zo zijn er verschillende internationale beurzen en platforms voor gas en elektriciteit. Hierbij wordt bijvoorbeeld onderscheid gemaakt tussen in- en verkoop voor de korte en voor de (middel)lange termijn. Maar er zijn ook markten waar flexibiliteit wordt verkocht aan netbeheerders met als doel het net in balans te houden.
3. De structuur van de huidige energiemarkt is ontworpen in een tijd dat fossiele energie dominant was. Duurzaam opgewekte stroom heeft hele andere eigenschappen dan grijze stroom. Daarom heeft de energietransitie een grote impact op de energiemarkt zoals we die kennen.
- 1. Welke rollen kunnen partijen vervullen in de energiemarkt?
- 2. Wat houden deze rollen in?
- 3. Welke verschillende domeinen vormen samen de elektriciteitsmarkt?
- 4. Welke groothandelsmarkten voor elektriciteit zijn er?
- 5. Welke balanceringsmarkten zijn er?
- 6. Hoe komt de elektriciteitsprijs tot stand?
- 7. Hoe bouw je een goede inkoopstrategie op?
- 8. Welke impact heeft de energietransitie op de elektriciteitsmarkt?
De meeste mensen kunnen wel een aantal grote energieleveranciers noemen. En met alle aandacht die er is voor netcongestie, zijn inmiddels de netbeheerders ook redelijk bekend. Maar er zijn nog veel meer rollen in de energiemarkt. Elke speler op de energiemarkt, bijvoorbeeld een energieleverancier, kan meerdere rollen vervullen. Specifiek voor de elektriciteitsmarkt kennen we de volgende rollen:
- Energieproducenten (centraal en decentraal)
- Verbruikers (groot en klein)
- Energieleveranciers
- Handelaren en brokers
- Meetbedrijven
- Transmission System Operator (TSO)
- Distribution System Operator (DSO)
- Balance Responsible Parties (BRP)
- Balancing Service Providers (BSP)
- Congestion Service Providers (CSP)
- Aggrerators
Al deze rollen hebben een eigen functie binnen ons energiesysteem. Grofweg kun je ze in vier categorieën indelen. Van de productie van grijze en groene stroom tot de veilige distributie van elektriciteit: per categorie bespreken we kort de rol van elke speler.
Opwek en verbruik
Een markt ontstaat als er vraag naar en aanbod van een product is. De basis van de energiemarkt ligt daarom bij producenten en afnemers. Voor elektriciteit onderscheiden we twee type afnemers: grootverbruikers en kleinverbruikers. Over het algemeen zijn huishoudens en MKB’ers kleinverbruikers en beschikken grootzakelijke ondernemingen over een grootverbruikaansluiting.
De gevraagde energie moet uiteraard ook geproduceerd worden. Traditioneel werd elektriciteit centraal opgewekt. Er zijn ruim 70 ‘klassieke’ elektriciteitscentrales in Nederland. Met de opkomst van hernieuwbare energie, komt er steeds meer decentrale elektriciteitsproductie bij. Denk aan grote wind- en zonneparken. Maar ook aan boerenbedrijven met één windmolen op het erf. Of misschien ben jijzelf wel opwekker - als je zonnepanelen op je dak hebt.
In- en verkoop
De vraag naar en het aanbod van stroom moet natuurlijk aan elkaar gekoppeld worden. Daar ligt een taak weggelegd voor energieleveranciers, handelaren en brokers. Zij regelen de in- en verkoop van elektriciteit. Een energieleverancier regelt bovendien de hele administratie rondom de energielevering. Energieleveranciers kopen elektriciteit in (of wekken deze zelf op) en sluiten contracten af met verbruikers voor de afname hiervan.
Naast energieleveranciers zijn er ook handelaren en brokers in energie. Zij zorgen alleen voor in- en verkoop van stroom en hebben toegang tot de groothandelsmarkten. Maar zij regelen niet de contracten met de eindverbruikers. Handelaren kunnen bijvoorbeeld uit naam van een energieleverancier of opwekker in elektriciteit handelen met als doel zoveel mogelijk winst te maken. Brokers zijn tussenpersonen die tussen kopers en verkopers werken en commissie ontvangen voor elke transactie.
Transport en distributie
Hoe komt de opgewekte energie daadwerkelijk bij de verbruiker terecht? Dat is het domein van transport en distributie. Oftewel: van de Transmission System Operator (TSO) en de Distribution System Operator (DSO).
In Nederland hebben we één TSO. Dat is TenneT. Zij beheren het landelijke hoogspanningsnet. Alle traditionele elektriciteitscentrales zijn aangesloten op dit net. De stroom wordt vervolgens via tussen- en middenspanningsnetwerken gedistribueerd naar de eindverbruikers. De verantwoordelijkheid voor deze netwerken ligt bij de regionale netbeheerders: de DSO’s. In totaal kent Nederland 6 regionale netbeheerders: Liander, Enexis, Stedin, Coteq, Rendo en Westland Infra.
De rol van TSO en DSO’s is wettelijk vastgelegd. Zo moeten zij producenten en verbruikers aansluiten op het net en het transport voor hen uitvoeren. Ze moeten ervoor zorgen dat dit transport veilig gebeurt en dat storingen of leveringsonderbrekingen worden voorkomen. De landelijke netbeheerder is bovendien bij wet verantwoordelijk om de balans tussen vraag en aanbod op het net te bewaken.
De regionale netbeheerders zorgen dat kleinverbruikers zijn aangesloten op het elektriciteitsnet. Zij meten ook het verbruik en de opwek van kleinverbruikers en geven dit door aan de energieleverancier. Grootverbruikers zijn zelf verantwoordelijk voor deze zaken. Ze regelen hun aansluiting rechtstreeks bij de netbeheerder en schakelen een meetbedrijf in. Als grootverbruiker heb je dus vaak een contract met een energieleverancier, een meetbedrijf en met de netbeheerder.
Balancering en sturing
TenneT is als TSO verantwoordelijk voor het bewaken van de balans op het hoogspanningsnetwerk. Zij zorgt ervoor dat het net altijd met een frequentie van 50 hertz werkt. Het is dan nodig om vraag en aanbod goed op elkaar af te stemmen, zodat deze op elk moment gelijk aan elkaar zijn. Daar krijgen ze hulp bij van verschillende marktpartijen. Dit zijn de Balance Responsible Parties (BRP) en de Balance Service Providers (BSP).
Nieuw in het domein van balancering en sturing zijn de Aggregators en Congestion Service Providers (CSP). Aggregators voegen kleinschalige flexibiliteit samen en bieden dit aan in de markt. Denk hierbij aan huishoudens, zakelijke klanten en decentrale productieeenheden. Zij bieden hun diensten bijvoorbeeld aan BRP’s en BSP’s aan. Congesion Service Providers (CSP’s) helpen bij het oplossen van lokale congestieproblemen.
Balansverantwoordelijkheid
Gebruikers van het elektriciteitsnet – opwekker en verbruiker – zijn in principe zelf verantwoordelijk voor de eigen balans tussen vraag en aanbod. Kleinverbruikers vormen hier de uitzondering. Voor hen is de gekozen energieleverancier verantwoordelijk voor de balans op hun portfolio. Als grootverbruiker kun je zelf bij TenneT een erkenning aanvragen als Balansverantwoordelijke Partij (Balance Responsible Party of BRP). Maar de meeste grootverbruikers sluiten een contract af met een grote BRP.
Een Balansverantwoordelijke Partij heeft minimaal één, maar vaak meerdere elektriciteitsaansluitingen in zijn portfolio. Zo’n BRP is financieel verantwoordelijk voor de balans tussen de afname (verbruik) en invoeding (opwek) van deze aansluitingen. Dit wordt per kwartier geadministreerd. Die periode van een kwartier heet de Imbalance Settlement Period (ISP), ofwel de onbalansverrekeningsperiode. Elke BRP maakt een E-programma: de prognose voor opwek en verbruik. Dit E-programma geven zij door geven aan TenneT. Vervolgens vergelijkt TenneT deze voorspelling met de daadwerkelijk gemeten volumes. Verschillen hiertussen verrekenen zij met de onbalansprijs.
Balanceringsvermogen
Hoewel verbruikers dus de verantwoordelijkheid hebben om zoveel mogelijk bij te dragen aan de balans op het net, is het onvermijdelijk dat prognoses en werkelijk verbruik uit elkaar liggen. Daarom is het handig om ook flexibel vermogen achter de hand te hebben. Flexibel vermogen is een aanpassing van verbruik of opwek op afroep. Bijvoorbeeld in de vorm van zon, wind, batterijopslag of een flexibel productieproces. Hier kan de TSO (TenneT) een beroep op doen wanneer er sprake is van onvoorziene onbalans. Een Balancing Service Provider (BSP) kan balanceringsenergie of balanceringsvermogen aanbieden bij TenneT.
Als BSP geef je TenneT toegang tot jouw opwek- of verbruiksinstallatie. Zo kunnen TenneT en BSP’s snel en automatisch schakelen op momenten van onbalans. Welke BSP’s op welk moment hun vermogen beschikbaar stellen, is afhankelijk van marktwerking. Hier komen we later in dit artikel op terug.
Congestiemanagement
In sommige gebieden is er sprake netcongestie. Dat betekent dat er structureel meer vraag naar of aanbod van elektriciteit is dan het net aankan. Hierdoor moeten de netbeheerders (DSO’s) steeds vaker ‘nee’ verkopen aan bedrijven die een nieuwe aansluiting willen. Enerzijds betekent het dat het net zwaarder gemaakt moet worden. Maar dat is niet zo één, twee, drie gedaan. Anderzijds betekent het dat we slimmer om moeten gaan met de beschikbare capaciteit.
Onlangs is er daarom een nieuwe marktrol in het leven geroepen. Die van Congestion Service Provider (CSP). Een CSP kan congestiebeheersdiensten aanbieden aan de netbeheerders. Dat doen zij onder andere door ervoor te zorgen dat vraag en aanbod in een bepaald gebied niet te ver van elkaar afwijken. En door te helpen om de transportcapaciteit op lokaal niveau zo slim mogelijk te benutten. Doordat een CSP flexibel vermogen heeft, kan hij meer of minder produceren of afnemen op een moment dat de netbeheerder dat vraagt. Waar een BSP landelijk kan opereren, biedt een CSP zijn diensten aan voor een specifiek congestiegebied. TennetT heeft Groendus ook erkend als CSP.
Er zijn verschillende energiemarkten die elk hun eigen doelgroepen en doelen dienen. Op hoofdlijnen kun je de markten voor elektriciteit onderverdelen in 5 marktdomeinen:
1. consumentenmarkt
2. groothandelsmarkt
3. balanceringsmarkt
4. congestiemarkt
5. onbalansverrekening
De eerste twee domeinen vormen het speelveld van handelaren en energieleveranciers, zowel B2C als B2B. De andere domeinen vormen het speelveld voor de netbeheerders, balansverantwoordelijken en partijen die diensten voor balanceren en congestie aanbieden. Dat neemt niet weg dat alle spelers een grote of kleine rol hebben in al deze domeinen.
Consumentenmarkt
De consumentenmarkt is ook wel de kleinverbruikersmarkt. Iedereen die een aansluiting heeft met een aansluitwaarde van minder dan 3 x 80 Ampère valt hieronder. Doorgaans zijn dit huishoudens. Maar ook zakelijke verbruikers zoals zzp’ers en veel MKB behoren hiertoe. Als kleinverbruiker kies je een energieleverancier waar je een contract mee afsluit. Sinds 2004 is dit een vrije markt. Inmiddels zijn er meer dan 30 energieleveranciers voor consumenten. Deze energieleveranciers kopen en verkopen namens al hun klanten stroom in op de verschillende groothandelsmarkten.
Groothandelsmarkt
Bedrijven met een grootverbruikaansluiting hebben meerdere routes om in hun stroombehoefte te voorzien. Zo kunnen zij een rechtstreekse bilaterale afspraak maken met een opwekker van energie, of via een broker. Dit wordt ook wel een PPA (Power Purchase Agreement) genoemd. De handel via PPA’s wordt ook wel de OTC-markt genoemd. OTC staat voor Over The Counter.
Grootverbruikers kunnen er ook voor kiezen om stroom in te kopen via een energieleverancier of handelaar. Deze kopen namens hun klanten stroom in op verschillende Europese groothandelsmarkten. Sommige (grote) bedrijven handelen zelf rechtstreeks op deze groothandelsmarkten.
Balanceringsmarkt
Vraag en aanbod van energie kan dus van heel lang tot heel kort van te voren op de verschillende markten gematcht worden. Hier moet TenneT – als beheerder van het Nederlandse transportnet – op inspelen. Maar er kunnen ook onverwachte gebeurtenissen zijn waardoor het net ineens uit balans loopt. Denk aan een stroomstoring, de uitval van een elektriciteitscentrale of een plotselinge duurzame opwekpiek. Dan moet TenneT snel kunnen schakelen. Het is immers hun taak om een werkend elektriciteitsnet te garanderen.
Tennet heeft daarom marktinstrumenten voor regel-, reserve- en noodvermogen. Via verschillende onbalans- en frequentiemarkten bieden zij een vergoeding aan partijen om vermogen vrij te houden om pieken in opwek of verbruik op te vangen.
Congestiemarkt
In gebieden die kampen met netcongestie speelt de congestiemarkt een steeds belangrijkere rol. Deze zorgt er namelijk mede voor dat bedrijven desgewenst toch een uitbreiding op hun bestaande aansluiting of zelfs een nieuwe aansluiting kunnen krijgen. Eerder kreeg je namelijk alleen een nieuwe aansluiting als de netbeheerder de gevraagde piekcapaciteit 100% van de tijd kon garanderen. Die piekcapaciteit heb je als bedrijf lang niet altijd nodig. Het idee achter de congestiemarkt is de ruimte die wél beschikbaar is, gedeeld kan worden. De netbeheerders kijken daarmee niet alleen meer naar de individuele aansluiting (het EAN niveau), maar naar de capaciteit over verschillende aansluitingen heen.
De netbeheerders hanteren verschillende instrumenten waarmee de ruimte op het net gedeeld kan worden. De zogenaamde congestieproducten. Denk aan capaciteitsbeperkende contracten, redispatch biedingen of biedplichtcontracten. De handel in die congestieproducten vindt plaats op handelsplatformen die gelinkt zijn aan GOPACS.
Onbalansverrekening
De voorgaande marktdomeinen spelen allemaal een rol aan de voorkant. Dus voorafgaand aan de fysieke levering van elektriciteit. De onbalansverrekening vindt plaats ná de fysieke levering van stroom. Elke afwijking tussen het E-programma (de voorspelling van verbruik) en werkelijke verbruik rekent TenneT af tegen de dan geldende onbalans-prijs.
De onbalansprijs komt tot stand door de transacties op de onbalansmarkt. Deze prijs is heel wisselend en doorgaans een stuk minder gunstig dan de prijs op de groothandelsmarkt. Daarmee geeft de onbalansverrekening een prikkel aan de markt om verantwoordelijkheid te nemen voor de balans op het net. Simpelweg omdat het namelijk financieel onvoordelig is om een grote onbalans te veroorzaken.
Energieleveranciers, handelaren en sommige grote bedrijven handelen in stroom op verschillende groothandelsmarkten. Er zijn drie traditionele groothandelsmarkten voor de in- en verkoop van elektriciteit te onderscheiden:
- Termijnmarkt
- Day-ahead markt
- Intraday markt
Deze markten worden gefaciliteerd op verschillende marktplaatsen of handelsplatformen. Hier vindt op non-discriminatoire en transparante wijze de koop en verkoop op groothandelsniveau plaats. De marktplaatsen zijn toegankelijk voor een beperkte groep energieleveranciers en handelaren, de zogenaamde Professionele Partijen die Energie Contracten afsluiten (PPATs). Deze partijen hebben hiervoor een vergunning die uitgegeven wordt door nationale regelgevende instanties, in Nederland is dat de Autoriteit Consument en Markt (ACM).
Termijnmarkt
Dit is de handelsmarkt waar in- en verkoop van elektriciteit voor langere periodes plaatsvindt. Op basis van een dagwaarde worden hier afspraken gemaakt tussen producent en afnemer op maand-, kwartaal- of jaarbasis. Dit gebeurt tot maximaal 5 jaar in de toekomst. Omdat dit om lange termijnafspraken gaat, wordt dit ook wel de forwardmarkt of futuremarkt genoemd. De handel vindt plaats op de beursplatformen van de ICE ENDEX of EEX.
Day-ahead markt
Energieverbruik is slechts tot op zekere hoogte voorspelbaar voor langere termijn. Naast de termijnmarkt is er daarom ook een dagvooruitmarkt (day-ahead market of spotmarkt). Hier wordt energie verhandeld in aanvulling op de lange termijnafspraken om. Energie die tot één dag voor verbruik ingekocht kan worden en waarvoor per uur een prijs wordt bepaald.
De day-ahead markt is een belangrijke marktplaats in de groothandelsmarkt. Tot 30% van het Nederlandse elektriciteitsverbruik wordt hier verhandeld. De Nederlandse day-ahead market is onderdeel van een Europees gekoppelde markt. En de prijzen die hier tot stand komen, zijn vaak leidend in andere inkoopafspraken. Of bijvoorbeeld in de SDE subsidie die duurzame energieproducenten ontvangen. In Nederland wordt de day-ahead markt gefaciliteerd door twee elektriciteitsbeurzen: EPEX Spot (EPEX) en NordPool Spot (NPS).
Intraday markt
Ook na de handel op de day-ahead markt zijn er nog veranderingen in vraag en aanbod van elektriciteit. Deze volumes worden verhandeld op de intraday markt. Hier kunnen leveranciers op kwartierbasis handelen en tot aan 30 minuten voor verbruik energie in- en verkopen. Net als de day-ahead handel, is deze markt onderdeel van een Europees gekoppelde markt en vindt de intraday handel plaats op de EPEX en NPS.
Naast deze traditionele handelsplatformen, zijn er ook alternatieve platformen. Die richten zich bijvoorbeeld op de termijnhandel in groene stroom. De Groendus Energiemarktplaats is hier een goed voorbeeld van.
TenneT koopt balanceringsvermogen in en activeert balanceringsenergie van BSP's om onvoorziene onbalans in het elektriciteitsnet op te heffen. Zij hebben hiervoor drie markten en instrumenten:
- Primair: FCR (reservevermogen)
- Secundair: aFRR (regelvermogen)
- Tertiair: mFRR (noodvermogen)
TenneT zet verschillende platformen in voor de handel in balanceringsenergie, bijvoorbeeld het Equigy platform.
FCR markt
De eerste en snelste vorm van balanceringsenergie is het primaire reservevermogen. Dit wordt in Europa de Frequency Containment Reserve (FCR) genoemd. De FCR markt is bedoeld om kleine onbalansen op het net snel en automatisch op te vangen. Hiermee kan TenneT de netfrequentie op 50 Hz houden. De installaties die de Balancing Service Provider (BSP) inzet op deze markt, worden in een paar seconden automatisch geactiveerd bij een afwijking in deze frequentie.
aFRRmarkt
Als de onbalans groot is of langer aanhoudt, maakt TenneT aanspraak op het regelvermogen. Dit is de tweede vorm van balanceringsenergie. Dit wordt ook wel Automatic Frequency Restoration Reserve (aFRR) genoemd. Zodra de netbeheerder hier een beroep op doet, moet dit binnen 5 minuten volledig beschikbaar zijn. Bovendien moet het elke 4 seconde gerapporteerd worden zodat de capaciteit snel kan worden aangepast naar een nieuwe situatie.
BSP’s kunnen zowel opregelend als afregelend aFRR aanbieden. Opregelend – of upward regulation – betekent dat er extra stroom geleverd wordt om zo een tekort in het aanbod te compenseren. Afregelend – of downward regulation – betekent dat er juist stroom aan het net wordt onttrokken, om zo een overschot in aanbod weg te werken. De aFRR kent vrijwillige biedingen en stand-by contracten met verplichte biedingen.
mFRR markt
Tot slot is er nood- en reservevermogen. Ook wel Manual Frequency Restoration Reserve (mFRR) genoemd. Dit noodvermogen contracteert TenneT al vooraf. Dit is anders dan de FCR markt en de aFRR markt die volgens vrije biedingen werkt.
Bij grote onbalansen kunnen de noodvermogens een aantal minuten tot uren de netfrequentie ondersteunen. Ze worden ingezet om het regelvermogen (aFRR) weer beschikbaar te maken.
Net zoals we eigenlijk niet kunnen spreken over “dé energiemarkt”, kunnen we het ook niet hebben over “dé elektriciteitsprijs”. Op elke markt komt immers per type energieproduct een eigen prijs tot stand. Toch wordt er in de volksmond vaak gepraat over de elektriciteitsprijs. Meestal gaat het dan over de prijs voor elektriciteit die via de day-ahead groothandelsmarkt tot stand komt.
In vaktermen worden de elektriciteitsprijzen bepaald aan de hand van de marginale prijsstelling. Dit mechanisme wordt vaak geïllustreerd met de “merit order curve” en een “double sided auction”.
Maar wat betekent dit precies?
De stroomprijzen komen – net als prijzen op de meeste andere handelsmarkten – tot stand door de curves voor vraag en aanbod tegen elkaar af te zetten. De aanbodcurve wordt gerangschikt met oplopende prijzen, de vraagcurve met aflopende prijzen. Het snijpunt van beide curves bepaalt de prijs, de zogenaamde “Market Clearing Price”. Alle producenten ontvangen deze uniforme prijs. De Market Clearing Prices komen per uur van de dag tot stand. En op één dag variëren deze prijzen heel sterk. De aanbodcurve hanteert namelijk de marginale prijsstelling. Dat zijn de variabele kosten van de duurste productie-installatie die nodig is om aan de vraag te voldoen.
Op het moment dat er een overvloed aan aanbod is van de voordeligere productie-installaties - en dat zijn in de huidige markt vaak de zonne- en windcentrales – ligt de uurprijs laag. Op het moment dat er meer vraag is dan (duurzaam) aanbod, worden vaak gascentrales ingezet om het verschil tussen vraag en aanbod aan te vullen. Gas is door speculaties over te verwachte tekorten momenteel veruit de duurste bron. De gasprijs was in 2022 tot wel 17 keer hoger dan begin 2021. Daarmee is de elektriciteit die met gas wordt geproduceerd voor dat uur prijsbepalend. Dit maakt de gemiddelde dagprijzen torenhoog. En dat wordt rechtstreeks doorbelast aan de afnemers.
Met zoveel verschillende markten, is het inkopen van energie een hele kunst geworden. Als verbruiker wil je natuurlijk zeker weten dat je genoeg elektriciteit inkoopt tegen de beste voorwaarden en scherpe prijzen. Daar heb je een goede inkoopstrategie voor nodig. Een strategie die lange termijn contracten combineert met korte termijn inkoop.
Hiervoor heb je allereerst goed inzicht in je verbruiksprofiel nodig. Hoeveel energie verbruikt jouw bedrijf of organisatie door de dag en het jaar heen, en op welke momenten?
Van inzicht naar inkoop
Zodra je het verbruiksprofiel helder hebt, kun je een scherpe inkoopstrategie neerzetten. Je weet bijvoorbeeld welk aandeel aan energie je dag- en nacht het hele jaar door nodig hebt. Dit is je base load. Deze base load is tot op redelijke hoogte goed voorspelbaar. Je kunt dit dus in lange termijncontracten vastleggen en zo de beste voorwaarden bedingen. Hiervoor sluit je bijvoorbeeld PPA’s af met producenten van groene energie bij jou in de buurt.
Daarnaast heb je je peak load. Dit is de hoeveelheid energie die je ook op elke dag van het jaar nodig hebt, maar niet op elk moment van de dag. Bijvoorbeeld de elektriciteit die jouw kantoorpand of jouw productieprocessen elke dag tussen 07.00 en 19.00 verbruikt. Ook deze peak load is tot op zekere hoogte te voorspellen. En ook dit leent zich dus voor lange en middellange termijn contracten.
Tot slot heb je het daily load profile. Deze is meer variabel. Dit hangt bijvoorbeeld af van het seizoen, vakantieperiodes of onvoorziene productiepieken. Deze energie koop je bijvoorbeeld in op de day-ahead markt en de intradaymarkt.
De combinatie van deze drie vormen de basis van je inkoopstrategie. Hierbinnen varieer je met de termijnen van contracten. Om tot een goede prijs voor je baseload te komen, is het bijvoorbeeld gebruikelijk om meerdere langdurige contracten af te sluiten met verschillende termijnen. Zo leg je niet alles op één prijs vast, maar spreid je het risico op prijsstijgingen en dalingen in de markt.
Zoals gezegd: inkopen is een vak apart. Veel organisaties besteden dit dan ook uit, zodat zij zich op hun kerntaken kunnen richten. Zorginstelling Philadelphia vertelt in dit artikel hoe zij dit hebben geregeld.
We staan aan de vooravond van een grote energietransitie. In de verduurzamingsslag van ons energiesysteem speelt elektrificatie een hele grote rol. En je kunt je voorstellen dat dit ook impact heeft op hoe de elektriciteitsmarkt georganiseerd wordt.
Zo is het logisch dat de markten voor elektriciteit op den duur belangrijker worden dan die van aardgas. Als het goed is, worden vraag en aanbod van elektriciteit namelijk steeds groter. Terwijl vraag en aanbod van gas zullen dalen. Dit betekent ook dat het logisch zal zijn om de prijsvorming van grijze en groene stroom los te koppelen van elkaar. Waar de prijs voor grijze stroom namelijk een rechtstreekse koppeling kent met de gasprijs, geldt dat niet voor groene stroom.
Een ander gevolg is dat er steeds meer spelers op de elektriciteitsmarkt komen. En dan met name aan de aanbodkant. Je ziet nu al dat de wind- en zonneparken als paddenstoelen uit de grond schieten. Die trend zal zich in de nabije toekomst alleen maar voortzetten.
We krijgen dus te maken met een toename van decentrale energie-opwek en een toename van het aantal spelers op de markt. Het aanbod van elektriciteit wordt daarmee nog wisselvalliger. Dat betekent dat afnemers van energie een steeds grotere verantwoordelijkheid krijgen om opgewekte stroom zo gelijktijdig mogelijk te gebruiken. En het betekent ook dat de balans- en congestiemarkten een steeds belangrijker rol krijgen. Die zijn momenteel dan ook volop in ontwikkeling.
Dit zijn nog maar een paar veranderingen die er aan komen. De energiemarkt blijft dus altijd in beweging. En samen maken we die beweging steeds duurzamer!
Matthijs Nijpels noemen we graag onze wandelende energieencyclopedie. Hij stond aan de wieg van de huidige EPEX. Begin 2022 sprong hij over naar Groendus, om verder te werken aan de energiemarkt van de toekomst. Als Directeur Energiemarktplaats heeft hij een scherpe blik op wat er gaande is in de energiemarkten.
Meer over de Energiemarktplaats